Nazorg Piercings
Je hebt een piercing laten plaatsen en daarbij hebben we je uitvoerig uitgelegd wat de DO’S & DONT’S zijn in het kader van de verzorging van je piercing. Wij kunnen ons echter voorstellen dat de informatie over de nazorg van piercing wellicht niet helemaal is blijven hangen en dat je een en ander best nog eens terug zou willen lezen.
De geneestijd van een piercing verschilt per piercing en kan ook per persoon verschillen. Algemene gezondheid en lichamelijke conditie spelen hierbij een rol. Persoonlijke hygiƫne is tijdens de genezingstijd van de piercing absoluut noodzakelijk. Direct na het piercen kan de gepiercte plek rood worden en flink opzwellen. Als je een te klein ringetje of een te kort staafje hebt laten zetten is er een grotere kans op infecties en complicaties. Gedurende de genezingstijd moet het ringetje of staafje voortdurend ruimte hebben en niet te strak of te los zitten. De piercing moet worden beschouwd als een wond en ook zodanig behandeld worden. Voor een zo goed en vlot mogelijke genezing moeten de volgende regels in acht genomen worden.
– Raak de piercing zo min mogelijk aan met de handen.
– Was de omgeving van de wond 1 maal per dag met een milde ongeparfumeerde zeep totdat de wond geheel genezen is.
– Dep de omgeving van de wond na het wassen met een tissue droog.
– Houd de piercing na het wassen zoveel mogelijk droog.
– Smeer geen zalf, Purol, Vaseline of iets dergelijks op de wond.
– Druppel geen wonddesinfectiemiddelen zoals sterilon of betadine op de wond.
– Draag geen pleisters over de piercing, behalve indien nodig tijdens kortdurende sportactiviteiten.
– Draag bij een bodypiercing (bijv. tepel of navelpiercing etc) geen strakke of vuile kleding.
– Vermijd tijdens het genezingsproces contact met zwemwater (chloorzwembaden, bubbelbaden, natuurlijk zwemwater). Maak tevens geen gebruik van een stoombad.
– Verwijder zelf nooit het sieraad. Neem bij extreme roodheid, zwelling, bloeding, pussen, kleurverandering, uitgroei- of afstotingsverschijnselen van de wond of bij pijn altijd contact op met de huisarts.
Specifieke nazorginstructie voor orale piercings:
– Een tongpiercing of andere piercing in de mond verdient extra aandacht na eten, drinken en roken en na elk ander oraal contact. Poets geregeld de tanden (de mond plaquevrij houden met bijvoorbeeld een tandpasta op basis van een zoutoplossing) en spoel zonodig met mondwater op basis van een chloorhexidineoplossing.
– Vermijd kussen of ander soort oraal contact gedurende het genezingsproces.
De recentelijk geplaatste piercing zal over het algemeen enkele dagen gevoelig zijn of wat pijn doen. Daarna moet de pijn verdwenen zijn. Is dit niet het geval dan moet de huisarts ingeschakeld worden. Verwijder het sieraad niet voordat een arts bezocht is. Tijdens de genezingstijd mag het sieraad niet verwijderd worden, tenzij er sprake is van een allergische reactie. Dit ter voorkoming van het dichtgroeien van de piercing en infectiegevaar.